ANALYSE – Online winkelreus Alibaba haalde onlangs een extra 10 miljard dollar op bij de beursgang in Hongkong en meteen begint het geruchtencircuit. Alibaba gaat naar nieuwe markten, waaronder Nederland. “Kijk maar ze hebben al magazijnen in Europa, waaronder in Luik, dus ze zijn er al bijna.”
Alibaba zou de concurrentie willen aangaan in markten waar de Amerikaanse webwinkel Amazon dominant is, zoals in België, Duitsland, Engeland en Frankrijk. En nu hebben ze daar ook de middelen voor. Klinkt spannend, maar de vraag is of deze aanname wel klopt.
De Europese markt is groot met bijna 750 miljoen Europeanen, maar de markt is verdeeld in landen, taalgebieden en culturele gebieden. Ook is er een grote diversiteit in de adoptie van online winkelen, waarbij Nederland één van de koplopers is.
Hoe indrukwekkend ook, de mogelijkheden in Europa zijn nog steeds beperkt in vergelijking met de 4,5 miljard Aziaten, waarvan 1,3 miljard Chinezen. Daarnaast is India een snelgroeiende markt met ook 1,3 miljard inwoners.
De Aziatische markten bieden nog veel online potentie, zijn voor Alibaba veel dichterbij en hebben vaak een vergelijkbare wetgeving
In algemene zin vallen een aantal dingen op als je het concurrentieveld bekijkt waarin Alibaba opereert:
- Alibaba staat onder druk op zijn thuismarkt door de groei van zijn grote Chinese rivaal JD.com, een klein beetje door Amazon en ook door lokale nieuwkomers op de Chinese markt.
- De Zuid-Aziatische markt is sterk in ontwikkeling, waarbij er een groeiende aversie zichtbaar is tegen de VS en Amerikaanse bedrijven. Hier zijn niet alleen veel groeikansen, maar er is ook een sterke concurrentie tussen Alibaba, Tencent, JD.com en andere lokale spelers.
- Europa is heel divers qua klantengedrag en internetpenetratie. Wat betreft de dominantie op het gebied van online winkelen is vooral Amazon sterk in een reeks Europese markten.
- In Europa is er ook een relatief strikte wetgeving wat betreft de privacyregels, de dataregels en het onlangs gepubliceerde dataprotocol voor bemiddelingsplatformen. Verder treedt de Europese Commissie hard op tegen kartelvorming.
- Door de relatief hoge eisen qua wet- en regelgeving en de kwaliteitseisen die gesteld worden aan het productaanbod biedt de Europese markt extra uitdagingen voor Chinese aanbieders.
- Het negatieve sentiment in Europa tegenover de kwaliteit van Chinese producten maakt het er voor aanbieders uit dat land niet makkelijker op.
Chinezen willen graag spullen uit Europa
Het adagium van de Chinese handel is nog steeds 80 procent kwaliteit voor 60 procent van de prijs. Alleen dit komt steeds meer onder druk te staan door ontevreden Chinese kopers en door internationale wetgeving.
Kwaliteit wordt steeds belangrijker voor de Chinese consumenten, vandaar de voorkeur voor Europese producten. De magazijnen van Alibaba (onder andere in Luik) en JD.com (in Amsterdam) zijn juist bedoeld om snel Europese artikelen te kunnen leveren in Azië.
Alibaba wil binnen 72 uur kunnen leveren aan al haar markten. Vandaar dat Europese handelaren hun producten moeten opslaan in de magazijnen van Alibaba, die altijd centraal liggen bij het spoor, vliegveld en autowegen.
Europa scherpt regelgeving voor kwaliteitseisen aan: dat is nadelig voor Chinese webshops
Voor Europeanen is betrouwbaarheid en kwaliteit al langer belangrijk. Niet voor niets is er wetgeving op komst om de kwaliteitseisen aan te scherpen en om het aantal douanecontroles te verhogen.
Bij invoer van producten vanuit een niet-EU-land geldt vooralsnog een fiscale vrijstelling van invoerrechten en btw als de waarde van het product lager is dan 22 euro. Maar de kans is groot dat dit aangepast zal worden, evenals andere fiscale tarieven. Een extra bescherming voor de Europese consument en voor Europese handelaren.
De kwaliteit van Chinese producten zal dus op internationaal niveau moeten komen om toegelaten te worden tot Europese markten. Dit zal zeker leiden tot een verhoging van prijzen en tot andere concurrentieverhoudingen.
Alibaba loopt nog achter met clouddiensten en werkt aan een inhaalrace
Marktuitbreiding en kwaliteitsverhoging zijn belangrijk voor spelers zoals Alibaba. Maar deze trends vallen in het niet bij een grotere strategie, namelijk dominantie op het internet.
Online netwerken zullen meer macht gaan uitoefenen, als gevolg van nieuwe ontwikkelingen op het terrein van platforms, systemen zoals blockchain en kunstmatige intelligentie. Die zijn allemaal sterk afhankelijk van online dataopslag, ofwel clouddiensten.
De grote Amerikaanse techbedrijven Microsoft, Google en Amazon zijn allemaal leveranciers van clouddiensten. Deze markt heeft nu een omvang van 300 miljard dollar op jaarbasis en groeit snel.
Alibaba wil zelf een belangrijke cloudprovider worden in Azië, maar ook in de rest van de wereld. Momenteel wordt Alipay als betalingsdienst uitgerold. Data- en clouddiensten zullen snel volgen.
De uitbreiding richting datadiensten is van essentieel belang voor Alibaba. Maar dat kost wel geld, veel geld. Veel van de 10 miljard dollar die met de beursgang in Hongkong is opgehaald zal daarom besteed worden aan de cloudstrategie. Deze strategie is bepalend voor de toekomst van Alibaba en veel belangrijker dan een directe aanwezigheid op de markt voor online shoppen in Europa.
Cor Molenaar is hoogleraar E-Marketing aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en adviseur van gerenommeerde bedrijven, zowel in de retail als de dienstverlening. Daarnaast is hij directeur van het adviesbureau eXQuo consultancy, voorzitter van het RFID platform Nederland, en voorzitter van de Stichting Thuiswinkel certificering (thuiswinkelwaarborgmerk).